Sunday, January 11, 2009

Het huis van mijn Oma/My Grandmothers House


Medan, Sumatra, vrijdag 9 januari 2009

De Jalan Candik Mentut – vroeger de Van Sandicklaan - is een smalle rustige straat, met aan de ene kant een hoge gele muur en aan de andere kant een aantal woonhuizen. Er is een grote partytent over de weg gespannen, waarschijnlijk gaat iemand trouwen. Naast het huis met de partytent staat een stukje van de weg af, in een bescheiden tuin met een gazon en een kinderschommel, een witte bungalow, Hollandse stijl. Er staat een laag muurtje voor de voordeur, die het huis en gazon van elkaar afscheiden. Het huis is laag, 1 verdieping, het dak is van dakpannen en vrij plat. Er zitten luiken voor de ramen en daarboven, onder het dak, ronde ventilatiegaten. Het is een strak en modern ogend huis, (beetje jaren twintig?)


Het huis is nummer 13, en terwijl ik er naar sta te kijken vraag ik me af of dit het huis is waar mijn oma woonde in de jaren ‘dertig van de twintigste eeuw. Het ziet er wel zo uit als op de foto’s, maar misschien zagen alle huizen in de straat er wel zo uit. De rest van de huizen zijn vervangen door modernere Indonesische gevallen, die de neiging hebben een beetje protserig te zijn. Het is duidelijk nog een welvarende straat, en ook goed gelegen, tussen de sportvelden en het oude Nederlandse Hooggerechtshof, nu nog steeds in gebruik (als kantoor?), en vlak bij het oude stadscentrum en de alun-alun (groot plein en grasveld in het midden van elke Indonesische stad).

Aan de Alun-Alun staat ook het voormalige kantoor van de KPM (Koninklijke Nederlandse Pakketvaart Maatschappij) waar mijn overgrootvader werkte als accountant. Ik weet niet of hij in dit kantoor werkte maar het zou best kunnen, ik zal het mijn oma binnenkort eens vragen.

Nummer 13 is omringd door een hek en de poort is op slot dus helaas kan ik niet dichterbij komen, maar ik zie aan de linkerkant nog wel wat van de achterkant en iets wat er uit ziet als de verblijven voor bedienden en de keuken. Een straat verderop zijn ze precies zo’n bungelow aan het verbouwen en krijg ik het voor mekaar om het huis te bekijken. Vanbinnen is het al helemaal gestript maar de kamers, badkamers en aan de achterkant vier slaapkamers die uitkijken op de tuin zijn nog goed te zien. Dit huis ligt aan de rivier, waar mijn oma me ook over vertelde.

Nummer 13 kijkt uit op de muur die de sportvelden omringt, die waren er ook al in de jaren dertig. Voetbal, tennis en hockey velden, die nog steeds in gebruik zijn. Op weg naar de rivier kom ik ook een klein stukje bos tegen. Dit was vroeger veel groter, aldus Kings, maar nu is het gedeeltelijk volgebouwd.

De straten rond mijn oma’s oude huis zijn allemaal omlijnd door bomen en stralen een rustige sfeer uit. Er staan wat etenstalletjes langs de weg, kinderen spelen, een paar mannen verzamelen afval, kippen pikken wat rond. Overal waar ik langsloop wordt ik natuurlijk bekeken en begroet, bovendien willen mensen weten wat ik daar doe. “Nenek saya tinggal di sini tempo doeloe” probeer ik uit te leggen, en volgens mij begrijpen ze het. Een aantal mensen wordt zelfs erg enthousiast, ook mijn becak chauffeur die het wel een mooie missie vind.

Terwijl ik op de brug over de rivier naar het stromende water sta te kijken denk ik aan hoe mijn oma dit precies zo gezien moet hebben, rivieren, water, zijn vrij onveranderlijke kenmerken. Maar ook lopend door haar straat en door de straten in de buurt probeer ik met haar ogen te kijken. Het geeft me aan apart geluksgevoel om daar te lopen.

Telkens als ik in Indonesie ben verbaas ik me er over hoe gemakkelijk ik me er voel, hoe thuis eigenlijk. Ik voel me nooit echt een vreemde hier, hoe kan dat? De houding van mensen is zo open en enthousiast, je wordt onthaald als een eregast, als een lang verloren dochter. En volgens mij doen ze dat bij elke bezoeker, ongeacht je herkomst, al zijn ze wel veel enthousiaster als je blank bent.....Een oud-studente vertelde me eens over haar bezoek aan een dorpje op Java waar al heel lang geen vreemdelingen waren geweest. “Behalve een paar Afrikanen”, maar die telden niet echt, aldus de dorpsoudste. Het schoonheidsideaal hier is nog steeds blank, en vrouwen smeren hun gezicht vol blekende creme om maar zo wit mogelijk te lijken. Het doet me altijd een beetje pijn, de mensen zijn hier zo mooi, maar deze patronen zijn moeilijk te doorbreken ben ik bang. Het is echt een bijzonder land met bijzondere mensen. Ik ben blij dat ik hier ben en dit mag meemaken.

No comments: